Biodiversiteit dringt door in nerven en haarvaten
Biodiversiteit is broodnodig voor de bij, de burger en al die andere soorten in onze dieren- en plantenwereld. Het totaal van de soorten is een samen- hangende keten waarin ieder schakeltje van belang is. Het leven op aarde is een toneelstuk met miljoenen rollen waarin ook de kleinste figurant van belang is. Op veel plekken in onze geïndustrialiseerde en versteende wereld is de natuur afwezig of te eenzijdig, zodat heel veel soorten ten onder dreigen te gaan. Dieren- en plantensoorten hebben elkaar allemaal nodig.
Het bijvriendelijke Pijnacker-Nootdorp heeft biodiversiteit hoog op de agenda gezet. Er kan geen plan voor een weg of een woonwijk worden opgesteld of biodiversiteit speelt een prominente rol. Wethouder Peter Hennevanger, onder meer verantwoordelijk voor de portefeuille natuur en dierenwelzijn, noemt daarbij de aanleg van de Kom–kommerweg in Pijnacker-West en de Zijdeweg in Pijnacker-Oost. “Je zou dit ook kunnen zien als ecologische stroken van bloemen- en kruidenvelden waar een weg doorheen loopt. Ook bij de bouw van nieuwe wijken zoals De Scheg en Tuindershof wordt bij de opzet en inrichting volop ingespeeld op een inrichting met een veelheid aan planten, in combinatie met maatrege–len voor natuurlijk wateropvang.”
Overal
Peter Hennevanger doet zijn verhaal mede namens zijn collega’s Ilona Jense, Frank van Kuppeveld en Marieke van Bijnen. “Je ziet dat bio–diversiteit overal in terugkomt. Ilona is bezig met de renovatie van de wijk Klapwijk die klimaatadaptief gaat worden met slimme oplossingen voor wateropvang. Frank van Kuppeveld is bezig met nieuwe woonwijken waar bijvoorbeeld wadi’s worden aangelegd voor natuurlijke wateropvang en –berging. Marieke van Bijnen is verant-woordelijk voor het afvalbeleid. Dat speelt er ook een rol in. We kunnen nog zulke mooie kruiden- en bloemenvelden aanleggen, als ze vol liggen met zwerfvuil schieten we ons doel voorbij.”
Op afstand
De wethouder wordt bij zijn verhaal op afstand ondersteund door Monique Wibier en Sieward Tichelaar, beleidsambtenaren, voor het volop inpassen van ecologie en groen bij ruimtelijke plannen. Het gaat hierbij niet alleen om grote plannen voor grote gebieden zoals de Groenzoom, het Balijbos, het Bieslandse Bos en het geplande 110 hectare grote weidevogelkerngebied in de Zuidpolder tussen Oude Leede en Delfgauw. Nee, het gaat ook om onze eigen voor- en achtertuin waar we van alles kunnen doen om het voor plant en dier veel aantrekkelijker te maken. “Alleen al door in het najaar het blad niet op te ruimen maar te laten liggen, zodat insecten en allerlei andere dieren er een plekje kunnen vinden”, zegt Monique Wibier.
Tuininrichting
Een tuinrichting met zo veel mogelijk verschillende planten, kruiden en bloemen die op verschillende tijden in het jaar bloeien, draagt veel meer bij aan het ontwikkelen van biodiversiteit dan een inrichting met stenen en gras. Daar wordt bijna geen vogel of insect vrolijk van. Onder meer via de Operatie Steenbreek – tegel weg plant er in – stimuleert de gemeente mensen om ook in hun eigen tuin terug te gaan naar de natuur met zijn veelzijdigheid en variatie. Hennevanger en zijn medewerkers hebben hoge verwachtingen van het genoemde ‘weidevogelkerngebied’ in de Zuidpolder. Gemeente, provincie en Staatsbosbeheer hebben samen al rond de honderd hectare in bezit. Zij proberen samen met het hoogheem–raadschap Delfland en met de andere eigenaren goede afspraken te maken over een hogere waterstand, later maaien en de grond verarmen.
Raaigras
De bedoeling is dat het overheersende huidige raaigras gaandeweg gezelschap krijgt van tientallen andere grassoorten en veelheid aan bloeiende planten en kruiden. Het doel is dat weidevogels zoals de grutto – onze nationale weidevogel kansen krijgen om terug te keren. “In de jaren negentig hadden we nog honderd broedparen in deze omgeving nu hooguit nog twintig”, zegt Sieward Tichelaar. Peter Henne-vanger vult aan dat weidevogels vooral behoefte hebben aan rust en een over zichtelijke horizon. Dus geen wandel- en fietspaden in het gebied maar er omheen. En zo weinig mogelijk hoge bomen, maar vlak weiland waar het gras zo laat mogelijk wordt gemaaid.
Klepelen
Ook qua bermbeheer zijn er nog stappen te zetten. Het zogenoemde ‘klepelen’ is ook volgens natuurbeschermers uit den boze. Klepelen is het machinaal maaien en fijnmalen van ruige begroeiing. Het maakt letterlijk alles kapot en omdat het kapot geklepelde groen blijft liggen, verarmt de grond ook niet. Slim en laat maaien is dus veel beter. Peter Hennevanger zegt er wel bij dat verkeersveiligheid ook een criterium is: zodra kruisingen onoverzichtelijk worden door hoog gras, zal er toch gemaaid moeten worden. Tot slot wijst hij nog op het belang van natuuronderwijs op de scholen die volop samenwerken met natuurcentrum De Papaver terwijl ook bioboeren als Dirk Gravesteijn schoolklassen ontvangen. “Als de natuur bij onze kinderen echt gaat leven, dan gaan we pas echt stappen zetten”, aldus Peter Hennevanger die ook onderwijs in zijn ‘vakkenpakket’ heeft!
Weidevogels hebben behoefte aan rust en een overzienbare horizon.
In de Zuidpolder van Delfgauw gaat een vogelkerngebied van ruim honderd hectare voor veel biodiversiteit zorgen.
Je ziet dat bio- diversiteit overal in terugkomt.
Ook in je eigen tuin kun je een grote bijdrage leveren. Door met veel verschillende bloeiende planten te werken maar ook door gewoon het blad niet op te ruimen.
Ook in je eigen tuin kun je een grote bijdrage leveren. Door met veel verschillende bloeiende planten te werken maar ook door gewoon het blad niet op te ruimen.